Eerder schreven wij al in onze @rijssenbeek van 20 december 2019 dat, in door de KNB vastgestelde modelreglementen tot en met 2006, is bepaald dat uitsluitend de oud-eigenaar aansprakelijk is voor VvE-bijdragen die verschuldigd zijn als gevolg van besluiten van de vergadering die tot stand zijn gekomen in een tijdvak dat de oud-eigenaar nog de eigenaar was. Maar wat betekent dat concreet? De vraag hoe het begrip “tijdvak gedurende hetwelk hij eigenaar was” in MR 1973 moet worden uitgelegd, is beantwoord in een recente uitspraak van de rechtbank Limburg, locatie Maastricht.
In de vergadering in 2021 bespreekt de VvE het plan om onder andere de liftinstallatie te renoveren. De VvE stelt een MJOP op. Daarna besluit eigenaar X zijn appartement te verkopen en in 2022 is Y eigenaar geworden. In 2023 besluit de VvE tot een forse extra bijdrage voor het voorgenomen liftonderhoud. Y maakt bezwaar en stelt dat X moet betalen.
De rechtbank Limburg oordeelt dat de VvE de extra bijdrage terecht bij Y in rekening heeft gebracht. Een verkoper kan alleen aansprakelijk zijn voor VvE-bijdragen waartoe na stemming is besloten op een vergadering vóór de levering van het appartementsrecht aan de koper. Dat specifieke moment is dus bepalend. Dat eerder door de vergadering is gesproken over een plan van aanpak of het opvragen van offertes, staat niet gelijk aan het vaststellen van een extra voorschotbijdrage.
Deze uitspraak toont aan dat kopers van een appartement er goed aan doen de stukken goed te bestuderen zodat zij op de hoogte zijn van eventuele toekomstige (extra) kosten.
Heeft u vragen naar aanleiding van het bovenstaande, dan kunt u contact opnemen met mr. Sabine Schultze.