De praktijk leert dat na de oplevering van een nieuwbouwcomplex of na de uitvoering van renovatiewerkzaamheden, verborgen gebreken in en aan de gemeenschappelijke gedeelten en zaken worden vastgesteld. Om met succes (in rechte) aanspraak te maken op herstel van een bouwkundig gebrek, is het onder meer noodzakelijk dat het gebrek op correcte wijze wordt gemeld. Gebeurt dat niet, dan zal de aannemer wellicht slagen in zijn (formele) verweer dat de VvE niet aan haar klachtplicht heeft voldaan. Dit met een afwijzing van de vordering als resultaat.
Om de rechten van de VvE zoveel mogelijk te beschermen, volgen hierna enkele tips voor het voldoen aan de klachtplicht:
Artikel 6:89 van het Burgerlijk Wetboek alsmede diverse algemene voorwaarden en garantie- en waarborgregelingen, bepalen dat geprotesteerd moet worden ‘binnen bekwame tijd’ of ‘zo spoedig mogelijk’ nadat de opdrachtgever het gebrek heeft ontdekt of redelijkerwijs had moeten ontdekken. Blijft de klachtmelding langer uit, dan kan worden geoordeeld dat de aannemer daardoor zodanig in zijn belangen is geschaad dat herstel niet meer kan worden verlangd. Meld de gebreken dan ook op tijd! Vaste rechtspraak wijst uit dat een klachtmelding binnen twee maanden na ontdekking in ieder geval tijdig is. Het gebrek dient bij voorkeur schriftelijk te worden gemeld, in verband met de bewijspositie van de VvE.
Het is aan de VvE om de aard, de omvang, plaats en – behoudens een beroep op garantie – de oorzaak van een gebrek en eventuele gevolgschade te bewijzen. In het geval de aansprakelijkheidstermijn en/of garantietermijn is verstreken (en er voor de aannemer in beginsel geen herstelverplichting meer bestaat), is het van belang te kunnen aantonen dat het gebrek een voortzetting is van een eerdere klacht die niet definitief is verholpen. Alsdan kan onder omstandigheden nog aanspraak worden gemaakt op herstel. Een duidelijke omschrijving (bij voorkeur vergezeld van een foto) voorkomt discussie of eerder over een gebrek is geklaagd.
Het gebrek dient te worden gemeld bij de contractspartij die in de offerte of de (koop-/)aannemingsovereenkomst staat genoemd. Dit geldt ook in het geval het gebrek het gevolg is van ondeugdelijk uitgevoerde werkzaamheden door een onderaannemer! Deze laatste partij heeft immers geen (rechtstreekse) contractuele relatie met – en daarmee verplichtingen aan – de VvE.
Heeft u vragen naar aanleiding van het bovenstaande, dan kunt u contact opnemen met Marianne Schippers-van de Weerdhof.