Sinds een jaar kunnen VvE’s op grond van de Tijdelijke wet COVID-19 digitaal vergaderen. In een recente uitspraak, waarbij ons kantoor de VvE bijstond, heeft de kantonrechter zich uitgelaten over de mogelijkheid tot het stellen van vragen voorafgaand aan de vergadering.
Wat was er aan de hand?
De VvE heeft in december 2020 de eigenaars opgeroepen voor een vergadering. In deze uitnodiging stond niet vermeld dat eigenaars tot 72 uur voorafgaand aan de vergadering vragen kunnen stellen.
Eén eigenaar stelt dat de vergadering is uitgeroepen in strijd met de Tijdelijke wet COVID-19. Volgens deze eigenaar moeten leden tot 72 uur vóór de vergadering schriftelijk of elektronisch vragen kunnen stellen en moet die mogelijkheid expliciet worden genoemd in de uitnodiging. Nu dat niet is gebeurd, zijn de genomen besluiten nietig/vernietigbaar volgens deze eigenaar.
Hoe oordeelt de kantonrechter?
De kantonrechter is het hier niet mee eens. Volgens de kantonrechter volgt uit de wet en de parlementaire geschiedenis dat indien vooraf gestelde vragen niet tijdens de vergadering worden beantwoord, dit de geldigheid van genomen besluiten niet aantast. Het past daar niet bij dat het ontbreken van een expliciete mededeling over de mogelijkheid tot het stellen van vragen de geldigheid van besluiten wel aantast.
Conclusie
Bij een digitale vergadering moeten de eigenaars dus in de mogelijkheid zijn om voorafgaand aan de vergadering vragen te stellen. Volgens de kantonrechter zijn genomen besluiten ook rechtsgeldig, indien die mogelijkheid niet expliciet in de uitnodiging is vermeld.
Voor vragen over dit onderwerp kunt u contact opnemen met ons.