Apartment architecture

De VvE en de garantie- en waarborgregeling

Wanneer komt de VvE bij gebreken een beroep toe op garantie overeenkomstig de garantie- en waarborgregeling?

Particuliere kopers van een nieuwbouwappartement sluiten met een projectontwikkelaar of aannemer veelal een (koop-/)aannemingsovereenkomst waarop een garantie- en waarborgregeling (GWR) van Stichting Waarborgfonds Koopwoningen of Woningborg N.V. van toepassing is. Doen zich met betrekking tot hun privégedeelte bouwkundige gebreken voor, dan kunnen  appartementseigenaars (ook) op basis van garantie aanspraak maken op kosteloos herstel of – onder nadere voorwaarden – vervangende schadevergoeding. Hetzelfde geldt voor VvE’s in geval van gebreken aan gemeenschappelijke gedeelten en zaken.

Wat is voor VvE’s ten minste nodig voor een succesvol beroep op garantie op grond van de (verschillende versies van de) GWR?

  1. Een (bouwkundig) garantiegebrek in/aan gemeenschappelijke gedeelten en zaken in het gebouw. Onder andere gebreken aan voorzieningen buiten het gebouw en esthetische klachten zijn uitgesloten van garantie. Het Garantiesupplement (Bijlage A) bij de GWR bevat een opsomming van alle uitsluitingen.
  2. Het gebrek is binnen de voor dat onderdeel geldende garantietermijn (bij voorkeur schriftelijk) gemeld bij de contractpartij. De garantietermijnen vangen 3 maanden na datum oplevering aan. De algemene garantietermijn bedraagt 6 jaar, die voor ernstige gebreken 10 jaar, en op diverse onderdelen 1, 2 of 3 jaar. Het Garantiesupplement (Bijlage A) bij de GWR geeft hiervan een nadere uitwerking.
  3. De klacht is binnen redelijke periode na ontdekking (en bij voorkeur schriftelijk) gemeld bij de contractpartij.
  4. De vordering is niet verjaard. Om verjaring te voorkomen, is het noodzakelijk telkens binnen twee jaar een ‘stuitingshandeling’ te verrichten. Dit kan zijn het starten van een procedure of het opnieuw schriftelijk aanmanen tot herstel.
  5. De aansprakelijkheid van de contractpartij is niet vervallen. De verschillende versies van de GWR schrijven sinds 2007 voor dat vorderingen over garantiegebreken tot drie jaar na afloop van de op het gebrek betrekking hebbende garantietermijn kunnen worden ingesteld. Na ommekomst van die termijn is de VvE niet-ontvankelijk in een procedure.

Bij vragen over dit onderwerp kunt u contact opnemen met mr. Marianne Schippers-van de Weerdhof.

Lees ook

De voorzitter van de vergadering van de VvE

Wie is de ‘echte’ voorzitter? In de praktijk bestaat soms verwarring over de vraag wie de voorzitter is. De veelgehoorde functienaam ‘voorzitter van de VvE’ bestaa...

Lees volledig bericht