In 1993 oordeelde de Hoge Raad dat een verbod tot het houden van honden in het huishoudelijk reglement van een VvE in stand kon blijven. Volgens de Hoge Raad stond het exclusieve gebruiksrecht van de eigenaar er niet aan in de weg dat met betrekking tot het gebruik van het privégedeelte een regeling wordt gegeven, en brengt geen rechtsregel mee dat een dergelijke verbod slechts in het splitsingsreglement en niet in het huishoudelijk reglement kan worden neergelegd.
Sinds 1995 is het vaste jurisprudentie van de Hoge Raad dat regels omtrent gebruik, beheer en onderhoud van de gemeenschappelijke gedeelten en privégedeelten in het splitsingsreglement moeten worden opgenomen. Slechts met betrekking tot het feitelijk gebruik kunnen regels van orde ook in het huishoudelijk reglement worden gegeven.
In de lagere rechtspraak van de afgelopen jaren is meermaals navolging gegeven aan het arrest van de Hoge Raad van 1993. Verschillende rechters hebben namelijk onder meer geoordeeld dat een verbod tot het houden van huisdieren kan worden beschouwd als een regel van orde en dat zo’n regel in het huishoudelijk reglement mag worden opgenomen. Uit een zeer recente uitspraak van het gerechtshof ’s-Hertogenbosch volgt echter dat het hof van oordeel is dat de Hoge Raad met haar arresten in 1995 is teruggekomen op het eerdere arrest uit 1993.
In deze procedure heeft een eigenaar het hof verzocht te verklaren voor recht dat het in het huishoudelijk reglement van de VvE opgenomen verbod op het houden van honden of katten nietig is. Het hof oordeelde uiteindelijk dat een dergelijk algeheel verbod op het houden van honden en katten géén regel van orde is, maar een principiële beperking van de gebruiksmogelijkheid van een appartement. Volgens het hof wordt de eigenaar door het verbod in algemene zin onvoorwaardelijk beperkt in een deel van zijn gebruik. Het verbod op het houden van katten of honden kan volgens het hof dan ook uitsluitend rechtsgeldig in het splitsingsreglement worden opgenomen.
Omdat in dit geval het verbod op het houden van honden of katten niet in het splitsingsreglement maar enkel in het huishoudelijk reglement was opgenomen, heeft het hof geoordeeld dat dit verbod in het huishoudelijk reglement nietig is.Overigens benadrukt het hof dat regels omtrent het gedrag van honden en katten wél regels van orde zijn die in een huishoudelijk reglement kunnen worden opgenomen. Daarbij kan worden gedacht aan regels dat huisdieren geen overlast mogen veroorzaken en/of niet de gemeenschappelijke gedeelten mogen bevuilen.
Voor vragen over dit onderwerp kunt u contact opnemen met mr. Laurine van Gemert