Een besluit van de vergadering van eigenaars van een VvE, dat in strijd is met de wet of de statuten is nietig. Dit is met zoveel woorden bepaald in art. 2:14 lid 1 BW.
Zeer recent had het Gerechtshof Amsterdam (ECLI:NL:GHAMS:2015:5079) te oordelen of een besluit van een vergadering van eigenaars van een VvE nietig was. De casus was vrij eenvoudig: binnen de VvE was kort gezegd een geschil ontstaan over door eigenaars geplaatste fietsen in de gemeenschappelijke hal, te weten één onder aan de trap op de grond en één hangend aan een beugel aan de muur. De vergadering van eigenaars had het besluit genomen om dit te blijven toestaan resp. te blijven gedogen. In de gerechtelijke procedure werd door een andere eigenaar – die de fietsen weg wilde hebben uit de gemeenschappelijke hal – onder meer gesteld dat een en ander in strijd was met de bepalingen uit het Bouwbesluit en om die reden het besluit om de fietsen te blijven toestaan resp. te blijven gedogen nietig was, want in strijd met de wet.
Het Gerechtshof Amsterdam beantwoordt de vraag of een mogelijke strijd met het Bouwbesluit meebrengt dat het besluit nietig is, ontkennend. Het Bouwbesluit is aldus het Gerechtshof Amsterdam geen wet in formele zin, maar betreft een publiekrechtelijk stelsel van regels met betrekking tot bouwwerken die door het bevoegd gezag worden gehandhaafd. Het Bouwbesluit heeft (dus) niet de strekking de geldigheid van het besluit aan te tasten.
Samengevat zal eventuele strijd met het Bouwbesluit niet kunnen leiden tot nietigheid van een besluit. Van strijd met de wet als bedoeld in art. 2:14 lid 1 BW is dan immers geen sprake.
Heeft u vragen naar aanleiding van het bovenstaande, dan kunt u contact opnemen met mr. H.J.G. Braakhuis.